Onderwerp
: Rumble in the graveyard!
Auteur : Danny Wijngaard
Datum : 16-06-2007
 


 The Chronicles... So Far
 

Rumble in the graveyard!

 
Als we de Bloody Vine herberg verlaten, om het woud in te gaan om te kijken of de verhalen over de fairy die de ronde doen echt waar zijn staat er een git zwarte koets met paarden voor de deur.
“daar is Cyrus Balcescu” horen we Ismark tegen ons zeggen.
“wie is dat nou weer” vraagt Calahir wat geïrriteerd?
“dat is de oude bediende van de graaf (Strahd)”zegt Ismark op een wat nerveuze toon.
De man komt wat moeizaam van de bok van de koets af en laat vervolgens weten dat we vanavond zijn uitgenodigd voor een soort van helden diner omdat wij Barovia gered zouden hebben van de undead plaag die hier heerste.
Na wat overleg in de groep nemen we het aanbod aan, al vinden we het wel wat vroeg (rond 11.30) om nu al te vertrekken voor een diner maar het blijkt noodzakelijk?
Er volgt de volgende 1,5 uur een behoorlijke wilde rit langs afgronden en stromende bergrivieren die vanaf de weg wel een kilometer lager lijken te stromen.
De regen lijkt naarmate we het kasteel naderen steeds harder te worden en de bliksemschichten vliegen door bomen en over berg toppen.Als Rev op een ogenblik naar buiten kijkt ziet hij dat we net een brug oprijden en 2 stenen gargoyles kijken hem wat dreigend aan vanaf de stenen pilaren die hier op de brug staan.
We staan even later eindelijk stil en we zijn blij dat we het nog zonder kleerscheuren hebben gehaald.
“Castle Ravenloft mijne heren!” Cyrus introduceert de plek waar we staan met enige trots in zijn oude krakende stem.
Ravenloft ziet er inderdaad imposant uit.
Een hoge toren steekt dwars door het zwarte wolkendek heen wat op het moment voorbij raast en lijkt voortdurend onder vuur te liggen van de vele bliksem die uit de hemel knalt.
De deur voor ons lonkt omdat we binnen een paar seconden al behoorlijk nat beginnen te regenen.
Op de eerste verdieping merkt Archana op dat er door de ramen boven geen enkele lichtbron is te zien?
“de meester verwacht u” horen we Cyrus nog net zeggen voordat hij de hoek omloopt om de koets weg te zetten, we openen de dubbele deur en gaan naar binnen.

Als we binnen komen in een kleine ruimte zit daar nog een deur en ook die gaan we door.
We arriveren nu in de hal en we zien nu duidelijk dat hier een “oude” man alleen moet wonen.
Spinnenwebben, stof en een muffe lucht is het eerste wat ons hier opvalt.
Het plafond zit een meter of 15 hoger en op een balustrade van een trap zien wederom de stenen Gargoyles wat dreigend naar beneden kijken.

We gaan vervolgen onze weg naar rechts omdat dit ons was verteld en we horen achter 2 grote deuren vandaan orgel muziek komen.
Deron kijkt nog wat naar een harnas wat is opgezet voordat we de dining hall betreden.
Er zit een man op het imposante orgel te spelen als we binnen komen.

In een fractie van een seconde stopt hij met spelen, draait zich om en voordat we goed kunnen ziet hoe hij eruit ziet springen alle lichten uit.
Calahir hoort hoe buiten de brug omhoog gaat en hoe diverse andere deuren in het kasteel achter elkaar dichtslaan.
Een paar seconden later springt alles weer aan en lijkt het of er niets gebeurd is?
Het enige is dat er opeens een roodharige vrouw achter ons staat en ons welkom heet.
“dit is een vast ritueel wat wij maken bij iedereen die hier binnenkomt om te kijken of er geen verraders of vreemde wezens tussen de mensen zitten die het op de meester gemunt zouden kunnen hebben” zegt de niet onaantrekkelijke dame.

“de meester is erg ziek en ik zal vanavond u gastvrouw zijn en al u vragen beantwoorden.”
Calahir is duidelijk wat aangebrand door de hele gang van zaken en grijpt in. “Mevrouw, moet u eens luisteren.” Zegt hij op norse toon.
“wij zijn hier over bergpaden komen aan rijden met gevaar voor eigen leven, we hebben onze plannen drastisch moeten wijzigen om hier aanwezig te zijn op uitnodiging!
We hebben van alles gehoord over de master DIT en de master DAT, en nu gaat u ons vertellen dat hij ziek op bed ligt?”
Devian en Deron proberen de woeste dief wat te kalmeren en dat schijnt mede door de krachten van Devian aardig te lukken anders had de half-elf waarschijnlijk buiten moeten eten in plaats van deze kamer.
Als alles weer rustig is gaan we zitten aan de goed gedekte tafel en luisteren we wat Thedra Aranax te vertellen heeft.
Voordat de vrouw aan haar verhaal begint zien we dat de tafel echt vol ligt met alles wat een mens (of elf) lekker vind.
Malse rosbief, wijn, amberwijn, alle soorten fruit, groente, diverse broden, gebakken everzwijnen, noem het maar en het is er.
Rev is niet te houden en begint als een waanzinnige om zich heen te grijpen naar alles wat de mond in kan.
De andere nemen normale porties en Archana eet zeer weinig.
Thedra vervolgt haar verhaal onder het gesmak van Rev door.
“de graaf is een ziek persoon en we zijn nu met een groep specialisten bezig om te kijken of we hem beter kunnen krijgen.
Eigenlijk is ziek niet het goede woord maar vloek zou meer op zijn plaats zijn.
Vele jaren geleden werd dit kasteel getroffen door een vloek waarbij iedereen het leven moest laten behalve de graaf?”
Deron onderbreekt de vrouw en vraagt hoe oud de graaf is?
“de graaf is een zeer oud persoon en sterft niet?”
antwoordt de roodharige vrouw.
Ze vervolgd haar verhaal met een opsomming van dingen die ze niet goed kan plaatsen en het lijkt alsof ze onze hulp hierbij vraagt?
– waarom vallen wolfen aan bij daglicht?
– Danovitch? Hoe kwam hij in onze bibliotheek en vond precies het boek wat hij nodig had uit de duizenden exemplaren die daar staan?
Er volgen nog wat dingen totdat de vrouw in de gaten heeft dat we er eigenlijk weinig belangstelling voor hebben.
Deron maakt op een niet zo subtiele wijze duidelijk dat we hier zijn gekomen met een missie en dat die er zo goed als op zit.
Dat we Barovia hebben geholpen is tot nu toe eigenlijk een noodzaak geweest om onze eigen missie te doen slagen.
“Wat is u missie?” vraagt de roodharige wat bijdehand.
“met alle respect, maar u moet begrijpen dat we daar niet over kunnen praten uiteraard”
Thedra is wat minder vriendelijk geworden als in het begin van het gesprek en merkt dat ze uit gepraat is met deze groep huurlingen.
“laten we doorgaan met de beëdiging van Ismark tot burgermeester op de binnenplaats” ze wil duidelijk wat haast maken en wij vinden dat helemaal niet erg.
Op de binnenplaats staat de graaf in een stoel, hij is stokoud en de beëdiging is met een bloedgang achter de rug.

De graaf wordt weer weg gereden in een piepende stoel en we staan eigenlijk te wachten op onze lift terug naar Barovia, even later komt Cyrus aanlopen en wijst ons naar de koets voor de weg terug.
Het wordt zo mogelijk nog een ergere dodenmans rit als de vorige als we weer van alles voorbij zien flitsen.
De regen en onweer maken het spektakel natuurlijk compleet en we zijn blij als we uitstappen bij de Bloody Vine.
We bedanken de verwrongen man op de bok en lopen de taverne binnen.

Het knisperend haardvuur van Arik (the innkeeper) doet ons goed en als er een paar mensen naar de kamers gaan om zich op te frissen begint Devian een praatje met de vriendelijke uitbater van deze herberg.

Arik is duidelijk niet te spreken over Strahd omdat het sinds hij er de scepter zwaait al 200 jaar lang een puinhoop is.
Op de vraag waarom mensen dan niet vertrekken krijgen we een heel duister verhaal over de mist die iedereen hier houd en Devian heeft duidelijk het gevoel dat er hier ook een hoop bijgeloof in het spel moet zijn.
We zijn moe en gaan naar de kamers toe om van een nachtrust te genieten.Devian kan de slaap niet vatten en besluit buiten nog een luchtje te gaan scheppen, wat hier behoorlijk vreemd is want er is hier s’nachts echt geen stervende ziel te bekennen op straat.
Zijn oog valt op een blauwe gloed die als hij wat richting bepaalt ongeveer boven de kerk moet zijn.
Daar aangekomen krijgen de 2 huurlingen een eigenaardig schouwspel te zien.
Een stoet van “geesten” trekt vanaf het kerkhof naar Castle Ravenloft boven op de berg.
De stoet gaat dwars door het woud heen en het is een mooi schouwspel om naar te kijken.
Devian besluit de rest van de groep te gaan halen om ook hen deze vertoning te laten zien.

Deron is nogal nieuwsgierig of de stoet ook weer terug zal keren en oppert het idee om per 2 personen hier te blijven posten om te kijken of dat inderdaad het geval is?

De eerste wacht is voor Rev en Archana en de rest van de groep verdwijnt in de rustige nacht naar de Bloody Vine.

Een half uur later ziet Archana dat Rev wat onrustig om zich heen kijkt en hij zegt wat gehoord te hebben.
In een fractie van een seconde zien de 2 avonturiers dat het deksel van een graf is verschoven (Michael Latsku) en achter de steen vandaan opent een ghoul de aanval.
Rev en Archana staan hun mannetje wel en er lijkt niet te veel aan de hand op dit moment.
Achter op de graveyard ziet Rev dan nog een gevleugeld wezen op een steen zitten die zich klaar maakt voor een aanval.
Als Rev geraakt word door de ghoul voelt hij een koude pijnscheut door zijn armen trekken en ligt vervolgens verstijfd op de grond.
Archana gebeurt hetzelfde en de 2 worden langzaam opgevreten door de ondode.
Er komen ter overmaat van ramp nog wat ghouls bij en iedere keer als Rev of Archana wat willen uitrichten worden ze weer getroffen door de verlammende wonden die de ghouls maken.

“AAAAAAARRRGHHHHH, CONTACT!!!!” hoort Calahir in de verte klinken en hoort meteen dat het Rev is die in de problemen zit en dat gebeurt hem niet vaak.
“Deron en ga naar de graveyard, ik maak de rest wakker” de dief geeft zijn broer instructies wat te doen en deze vertrekt onmiddellijk.

Aangekomen bij de graveyard lijkt het Deron verstandig zijn battlegear maar aan te trekken en het blijft fantastisch hoe de priester dit met een woord kan doen.
Onder het rennen door veranderd zijn kleding in een compleet harnas en hij overziet de situatie.
Rev ligt voor hem op de grond en een hele lelijke vergane monnik kijkt hem aan?
Jezus, wat een lelijkerd maar wat is ‘ie snel als hij even later een paar dodelijke klappen van de priester ontwijkt of het hem geen moeite kost?
De turn van Deron mislukt ook en ook hij word het slachtoffer van de verlammende aanval van de monnik.
Precies op het juiste moment komt daar de rest van de groep aanrennen en Padlock is dan degene die dan toch de ondode weet te turnen en deze vliegt het gat van het graf in waarvan de steen was verschoven.
Blij dat het rustig is schuiven we de steen terug op het graf en hopen dat we even rust hebben nu, Rev en Archana zijn weer bij de mensen maar voorlopig is er net een uur om van de hele nacht?
Wat staat er nog te gebeuren als we hier blijven?

-Belros Darkeyes

 
 

 

 
Paladins! A Forgotten Realms Campaign - All contents © copyright 2004. All rights reserved.